MVNO heeft een belangrijke rol gespeeld bij het gebruik van 2G en 3G in Nederland. Het aantal bedrijven is echter over de jaren fors afgenomen. In de markt verwacht men dat de komst van 5G het einde van de businesscase voor veel MVNO’s betekent.
150 MVNO’s
In Nederland is volgens verschillende tellingen ongeveer 150 keer een MVNO aangekondigd. Bewust is gekozen voor de term “aangekondigd”. Van een aantal is sinds de eerste melding namelijk nooit meer iets vernomen. In andere gevallen is het aanbod binnen enkele maanden al uit de markt gehaald.
Dat sommige MVNO’s niet eens uit de startblokken zijn gekomen is een indicatie voor de complexiteit van de businesscase. Het klinkt betrekkelijk simpel, wie een sterk merk heeft of in staat is een doelgroep aan te spreken moet ook simkaarten kunnen verkopen. Telefonie en mobiel internet levert na aftrek van de kosten die aan de MNO betaald moeten worden een netto marge op. Het MVNO label draagt bij aan hogere naamsbekendheid, betere klantbinding en mogelijkheden tot gericht benaderen.
Praktijk versus theorie
De praktijk is anders dan de hierboven geschetste theorie. Sowieso zijn de marges van MVNO’s over de jaren dunner geworden. De mogelijkheid de eigen klanten te benaderen is sterk beperkt. Wat rest is de moeilijk in omzet meetbare hogere klantloyaliteit.
Op dit moment zijn nog ongeveer 50 MVNO’s actief in Nederland. Een deel bedient consumenten en een ander deel bedient ook de zakelijke markt. De mix komt ook voor, maar dat gebeurt dan vooral door de MVNO’s die weer direct onderdeel van een MNO zijn. Dat laatste is dan ook een andere reden voor de daling van het aantal MVNO’s in Nederland. De achterliggende telco’s gebruiken al heel lang deze optie om de eigen hoofdmerken te beschermen. Oorspronkelijk was het idee dat men het hoofdmerk als premium beschouwde. Voor minder waardevolle doelgroepen was er MVNO aanbod, al dan niet via pre-paid. Upselling van pre-paid naar post-paid was een doel en later dan de migraties van submerk naar hoofdmerk.
Geen sterke “branchevreemde” MVNO
Ook hier geldt weer dat theorie en praktijk niet gelijk waren. Dat komt deels omdat de concurrentie zich anders heeft ontwikkeld. Het marktaandeel van MVNO’s is over de jaren gedaald. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Duitse markt is er nooit een “branchevreemde” MVNO op de Nederlandse markt ontstaan met een serieus marktaandeel. Daar hebben de supermarkten ALDI en LIDL al jaren aanbod. In 2018 hadden deze twee bedrijven samen meer dan 10 miljoen pre-paid gebruikers.
Bij dergelijke aantallen kunnen MVNO’s de ontwikkelingen die MNO’s nastreven beïnvloeden. In positieve zin is dat het prijsniveau. Van een andere orde is dat zij, door de focus op lage prijzen, zo lang mogelijk gebruik willen blijven maken van 2G en 3G.
Vectoring en 5G
Deze infrastructuur houdt echter de komende jaren op te bestaan. De industrie zet in op 5G. Binnen 5G is het nog steeds mogelijk een MVNO aanbod in de lucht te houden. Echter zijn de investeringen daarvoor van een totaal andere orde als bij de oudere netwerken. Er zal een situatie ontstaan die enigszins lijkt op de markt voor vast internet. Door de stap van A/Vdsl naar vectoring was het niet meer mogelijk van de hardware op wijkkast niveau van de telco gebruik te maken. Eigen hardware plaatsen kost geld, maar is veelal door gebrek aan ruimte ook simpelweg niet mogelijk. Het gevolg is dat het aantal aanbieders van snel internet is afgenomen.
Iets dergelijks staat te gebeuren bij het MVNO landschap in Nederland, een verschraling van het aanbod dus. De lobby van de MVNO’s in Brussel om deze ontwikkeling te veranderen is dan ook voorspelbaar intensief. Voor de Nederlandse markt lijkt die strijd weinig relevant, bij gebrek aan een lokale speler als ALDI. Echter de krachtigste MVNO’s hier zijn actief op de B2B markt. Die groep valt minder op, maar heeft wel serieuze belangen te verdedigen.